Hieronder het verhaal (Metafoor) van Huppel. Het verhaal was geschreven voor een klein meisje dat zich vaak onzeker voelde en daardoor vaak vanalles in haar hoofd haalde met als gevolg: nog meer onzekerheid, onrust, slaaptekort etc.
Het schrijven van dit soort verhalen (Metaforen) is een techniek uit de NLP.
Het verhaal van konijntje Huppel
Konijntje Huppel rende door het bos. Huppelend, spelend en rennend over paadjes, springend over slootjes ging ze steeds verder het bos in. Tot ze ineens stopte. Stil keek ze in het rond. Ze herkende de plek niet. Ze zag helemaal niets bekends meer in de omgeving. Alles zag er vreemd uit. Ze was hier nog nooit geweest. Ze was ook nog nooit zover van huis weg geweest.
Ze werd bang. Ze begon zachtjes te huilen. “Help, ik ben verdwaald”, zei ze zachtjes.
Langzaam liep ze terug, goed rondkijkend of ze iets bekend zag. Ineens stond ze midden op een open plek in het bos.
Er lag een grote steen in het midden. Ze klom erop en ging zitten om uit te rusten.
Ze was moe, verdrietig en bang. ‘Hoe kom ik ooit weer thuis?’ dacht ze.
Toen streek er een grote uil naast haar neer, heel stil. Eerst schrok ze ervan. Maar de uil zat op een veilige afstand en keek vriendelijk naar haar. “Je bent verdwaald meisje?”, vroeg hij. “Ja”, snikte Huppel toen.
De uil zei: “Ik zie dat je verdrietig, bang, ongerust en gespannen doet. Zo kun je niet goed nadenken. Zo vind je de weg naar huis niet. Haal eerst eens een paar keer diep adem en blaas rustig uit. … Word je weer rustig?
Huppel deed wat de wijze uil zei. En het werkte. Ze werd weer rustig. Dat voelde fijn.
“Hoe ziet de omgeving waar jij woont eruit?”, vroeg de uil.
Huppel vertelde hoe het er allemaal uit zag rondom het hol. De uil knikte en dacht toen wel te weten waar ongeveer Huppel zou kunnen wonen. Hij kende namelijk heel veel plekken, zowel in als ver buiten het bos.
“Kom!” Zei de uil, “Ik wijs je wel de weg”. En samen gingen ze op weg richting huis.
Onderweg praatten ze honderd uit. Huppel was helemaal vergeten dat ze de weg kwijt was geraakt en dat ze zo bang was geweest. De uil was heel aardig en Huppel kon hem over van alles vragen. Hij wist zo ontzettend veel.
De terugweg leek helemaal niet zo lang te duren.
En Huppel zag steeds meer bekende plekjes toen ze dichter bij huis kwamen.
Huppel bedankte de uil voor zijn hulp en ze spraken af elkaar nog vaker te zien.
Thuis aangekomen vertelde Huppel het spannende avontuur wat ze meegemaakt had, tegen haar broertjes en zusjes.
En toen… toen, werd Huppel wakker met een hele grote glimlach op haar snoet.
Had ze dat allemaal gedroomd? Dat was een leuke droom.
Na het ontbijt ging ze samen met haar broertjes en zusjes buiten spelen op de groene weide.
Nu bleef ze in de buurt van het huis want ze wilde niet verdwalen zoals in haar droom.
… en toen ze opkeek, naar de grote eik, zag ze op een dikke tak een grote uil zitten die naar haar keek en knikte …